woensdag 30 maart 2016

Herontwerp: zelfbewustzijn ontwikkelen door te reflecteren op eigen leertraject

Uit onderwijsdialoog 2032  blijkt dat leerlingen vakoverstijgende vaardigheden zoals leervaardigheden, sociale vaardigheden, samenwerken en omgangsvormen in de toekomst nodig hebben om als volwassenen in de eenentwintigste eeuw succesvol te kunnen functioneren. Ook in het kwalificatiedossier zijn vaardigheden opgenomen die een beginnend beroepsbeoefenaar moet beheersen om later in het bedrijfsleven succesvol te kunnen functioneren. Om hieraan te kunnen voldoen, is het binnen de integrale beroepsopdrachten voor leerlingen belangrijk te reflecteren op het eigen leertraject. In het reguliere onderwijs is geconstateerd dat “zelfbewustzijn ontwikkelen door te reflecteren op het eigen leertraject”, zogenaamde soft skills, binnen de huidige lessen nauwelijks aandacht krijgen. Dit is geconstateerd in curriculum analyse A. Na de Pecha Kucha presentatie van 21 maart 2016 geeft de expert aan dat de soft skills in de praktijk meer aandacht moeten gaan krijgen. Daarnaast sluit het ontwikkelen van het zelfbewustzijn door te reflecteren op het eigen leertraject naadloos aan bij de 21e eeuwse vaardigheden en de ambitie van Leeuwenborgh Maakt Het Verschil om op te leiden tot een succesvol persoon, burger of vakvrouw. De expert merkt tevens op dat de vereiste soft skills gedragingen helder beschreven moeten worden. Het herontwerp gaat antwoord geven op de hierboven genoemde behoeften.

Verfijnde doelbepaling

Tijdens de integrale beroepsopdracht stuurt de leerling, gedurende 10 weken voortdurend zijn eigen ontwikkelproces bij. Hij evalueert zijn zelfreflectie en vraagt hierbij aan zijn teamgenoten voortdurend om feedback, feed up en feed forward.

maandag 28 maart 2016

Notulen Pecha Kucha

Notulen nav presentatie van Robert:

We blijven even hangen op het trapmodel. Robert wil graag input of hij op de goede weg zit.
“Vinden jullie de trap goed?”

De vraag die bij ons opborrelt is “waarom zoveel modellen in 1 trap?” Het wordt zo druk en onoverzichtelijk. Robert vindt juist dat hij het sterk maakt door de combinatie en ook speelt het mee dat hij begrepen had dat de opleiding dit zo wilde.
Ontwerpteam en expert geven aan dat de trap/taxonomie met Romanowski het sterkst is, en dat dat eigenlijk al genoeg is. Robert laat merken dat hij er toch graag meer in wil verwerken, omdat dat het juist zo sterk maakt.
De tip die Robert krijgt van de expert is dat soft skills duidelijker moeten worden in de praktijk en dat die uit gedragingen van lln helder moeten worden.

Het doel van het herontwerp is nog niet duidelijk genoeg; doelbepaling.
Let op dat je met je doelbepaling antwoord geeft op de vraag “Waar geeft je herontwerp antwoord op. Welke vraag leeft er in jouw praktijk?”
De hard skills zitten goed in elkaar. Dat is een prima toevoeging.

Tip: maak een trapmodel voor 10 wkn. Waar schat jij in dat een deelnemer binnenkomt en waar zit hij na 10 weken?
Zet je trap sterker wegà niet alleen op die 10 weken, maar maak hem voor de gehele opleiding bruikbaar. En maak niet alleen een trap op de student, maar ook een trap voor de skills die je van de docent verwacht.
Maak dan een vertaling naar je product. Hoe ga jij dat vormgeven. Wat wordt het product? Niet maken, maar omschrijven.

Welke bronnen heb jij gebruikt? Kwalificatiedossier. Zet die bron erbij! Stapjes komen uit rubrics van SLOà zet dat er bij, dat zijn je verwijzingen.

Het lijkt nu alsof Robert veel alleen heeft bedacht en uit theorie heeft gehaald. Het lijkt of hij zijn dagelijkse praktijk nog niet veel heeft bevraagd. Dat moet nog een plekje krijgen in zijn proces. Waar heb je met collega’s gesproken of met sleutelfiguren?
Check of de soft skills die jij beschrijft ook werkelijk door collega’s noodzakelijk bevinden worden. Zoek iemand uit je dagelijkse praktijk, die jouw ideeën kan aanscherpen.

Zorg dat je richtlijn duidelijk is. 

dinsdag 22 maart 2016

Pecha Kucha presentatie 21 maart 2016

Gisteren een Pecha Kucha presentatie gegeven aan het ontwerpteam, een hele bijzondere ervaring!
Het was bijzonder omdat ik dit type presentatie nog nooit heb gegeven, heel erg leuk om te doen, ik kan het iedereen aanbevelen. Een Pecha Kucha zijn 20 sheets waarbij elke sheet 20 seconde in beeld is.

In de presentatie heb ik met behulp van feedback, feedup en feedforward naar het proces gekeken.
Lector Jack, de deskundige van de onderwijs ontwikkelgroep (OOG) en de ontwerpgroep hebben samen zeer waardevolle feedback kunnen gegeven over het trapmodel die gaat over de softkills, een onderdeel dat in de integrale beroepsopdrachten (IBO) niet wordt beoordeeld. In de IBO's worden vooral de technische hardskills beoordeeld. De gegeven feedback was waardevol omdat ik nu verder kan met het uitwerken van de docentenrol en het verfijnen van de doelbepaling. Daarnaast kan ik ook nog enkele andere zaken gaan uitwerken. We zitten in een goede flow en zijn aardig weg.

Wordt vervolgd...

Voor de Pecha Kucha presentatie klik op link en de hand-outs klik op link. De teamleden vinden het belangrijk om tussentijdse (formatieve) beoordelingen (Sietske), (Rochelle) en (Paul) te doen. De beoordelingen zijn te openen door op de namen te klikken.

zondag 20 maart 2016

Surfkar (IBO-1)


Integrale beroepsopdracht een


Trapmodel leerling


Het trapmodel bestaat uit gecombineerde taxonomieën en scaffolding en laat niveaudifferentiatie zien tussen beginnend, gevorderd, bekwaam en expertniveau. Het trapmodel van de docentenrol wordt verder uitgewerkt en is coachend en beoordelend van aard en sluit nauw aan bij het leerling trapmodel. Bij goedkeuring wordt deze verder vormgegeven.

donderdag 17 maart 2016

Informatie update

Hallo Jack,

Bij een iteratieve aanpak ga je stapje voor stapje verder om te komen tot een eindontwerp/ eindproduct.
De onderwijs ontwikkelgroep (OOG) heeft aangegeven niet verder te willen met een portfolio.
Met andere woorden het herontwerpidee moet (helaas) worden aangepast.

De doelbepaling zal inzomen op het gedeelte evalueren en beoordelen. Een en ander betekent dat de trap
aal worden aangepast, het is niet anders.

Met hartelijke groet,


Robert

maandag 7 maart 2016

Herontwerp nieuw curriculum

Voor het herontwerp van het nieuwe curriculum is gekozen om een portfolio te ontwikkelen voor integrale beroepsopdracht een. Op dit moment heeft de Middenkader Engineeringsopleiding géén portfolio. Tijdens het afdelingsoverleg van 7 maart 2016 werd aangegeven dat een portfolio een goed evaluatiemiddel is om integrale beroepsopdrachten te beoordelen.

Dit herontwerp sluit een op een aan op de curriculumanalyse. Vanuit de hierin genoemde visie bestaat de behoefte om op het niveau en de talenten van leerlingen aan te sluiten. Het portfolio maakt het mogelijk niveaudifferentiatie toe te kennen. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het beheer van het portfolio, wat ook weer bij de autonome behoefte van de leerling aansluit. Door deze zelfstandigheid en (beperkte) leerinhoudkeuze kan de leerling een succesvol persoon, burger of vakvrouw worden. Door de betekenisvolle integrale beroepsopdracht ziet de leerling sneller de samenhang tussen de vakken en kan de leerling zelf voor de bewijslast voor het portfolio zorgen. Verder is hij niet meer afhankelijk van toetsen. Ook is eindelijk integratie mogelijk tussen beroepsgerichte vakken en de generieke vakken. Zelfreflectie op een leeractiviteit ontwikkelt het zelfbewustzijn op het eigen leertraject. De docentbijdrage verandert naar een coachende rol die leerprocessen gaat faciliteren.

Het portfolio is dé manier om leerlingen bewust te maken van hun eigen ontwikkeling en verantwoordelijkheid.

De te beantwoorden vragen bij het herontwerp.

Fotokoppelingen van de Blog naar Picasa kunnen na 15 maart problemen veroorzaken.

Desktop application
As of March 15, 2016, we will no longer be supporting the Picasa desktop application. For those who have already downloaded this—or choose to do so before this date—it will continue to work as it does today, but we will not be developing it further, and there will be no future updates. If you choose to switch to Google Photos, you can continue to upload photos and videos using the desktop uploader at photos.google.com/apps

De processen

Teneinde de gestelde doelen van leerarangement twee "Uitdagend ontwerpen van Onderwijs" te kunnen behalen zijn vandaag de processen tegen het licht gehouden. Om de voortgang inzichtelijk te maken is vandaag de Srumy en de Conceptmap bijgewerkt, deze waren ook nog niet gepubliceerd. Dit geeft een goed gevoel omdat de controle gevisualiseerd wordt. Tevens valt op dat nog genoeg werk aan de winkel is.


Scrumy


De conceptmap



donderdag 3 maart 2016

Rubric Curriculum Analyse LA2: Feedback formulier voor studenten en docenten

Hoi Robert,

He, he daar is ’t ie eindelijk, maar…….. dan heb je ook wat.
Geniet van het resultaat …….en nu de focus op het herontwerp!

Succes Jack

Rubric Curriculum Analyse LA2: Feedback formulier voor studenten en docenten

Student
Robert van oerle
Datum
01-03-2016 / 28-02-2016
Assessor/ peer
Jack Duerings / Paul Martijn

Criterium
Level 1 - 2 - 3*
Toelichting beoordelingsschaal
1. Informatievaardigheid: Verzamelt en analyseert op een verantwoorde, kritische manier brede, verdiepende en gedetailleerde informatie:


1.     Gebruikt weinig/ beperkt aantal bronnen| Onduidelijk op basis van welke bron de informatie gestoeld is | Informatie is onvolledig, vult leemtes in met eigen intuïtie.
2.     Gebruikt veel (schriftelijke) bronnen| Herkomst van gebruikte informatie is duidelijk, bronnen zijn relevant| Beschrijving is voor zo ver mogelijk volledig (omvat gehele curriculum).
3.     Idem als 2. + gaat zorgvuldig en oplossingsgericht om met situaties waarin informatie slecht voorhanden of niet eenduidig is. Waar nodig in interactie met collega’s

Level: 2/3
Toelichting: de bronnen die je gebruikt zijn duidelijk geordend en terug te vinden.
Jouw informatie is tot he point en vanuit diverse hoeken. Je werkt systematisch en het geheel is overzichtelijk.
Het verdient een compliment hoe jij de uitgebreide analyse van opdracht A terug hebt weten te brengen tot deze omvang.
2. Conceptueel denken: Heeft voldoende  kennis van en inzicht in relevante concepten, ideeën en onderwerpen



1.     Past 1 dimensie uit artikel van Van den Akker toe | benoemt geen andere concepten, modellen, theorieën | maakt fouten in de toepassing van gebruikte concepten
2.     Past meerdere dimensies uit artikel van Van den Akker toe | benoemt geen of weinig andere concepten, modellen, theorieën | maakt nagenoeg geen fouten in de toepassing van gebruikte concepten en modellen
3.     Relateert dimensies uit het model van Van den Akker aan andere theorieën/ modellen | gebruikt theorieën, concepten, modellen en doet dit op een juiste manier

Level: 2/2
Toelichting: je geeft voldoende constateringen aan. Misschien zou je deze meer kunnen vergelijken met bestaande modellen.
Je hanteert het model van van den Akker op een correcte wijze. Het is sterk dat je een apart document gebruikt voor een toelichting op de onderdelen van het model. Ook de sterkte en de zwakteanalyse is een document dat helemaal in lijn ligt en consistent is.
Hier en daar onderbouw je de uitgangspunten/visie van jouw instituut naar de theorie. Ook zie ik dat het model 4C/ID model een belangrijke rol binnen jullie instituut zal gaan vervullen. Graag had ik nog wat meer gelezen over de integratie van leerdoelen en de mogelijke kans/idee voor het herontwerp hierbinnen.
3. Oordeelsvorming: Toont voldoende analytisch vermogen, combineert op voldoende beargumenteerde wijze inzichten uit verschillende theorieën, empirie en goede praktijkvoorbeelden en vertaalt deze voldoende naar concrete mogelijkheden voor onderwijsontwikkeling

1.     Geen onderscheid tussen feiten en meningen| geen onderscheid tussen hoofd en bijzaken| redeneert vanuit eigen stokpaardjes| analyse leidt niet tot onderbouwde verbeterpunten
2.     Onderscheid tussen feiten en meningen | verliest zich niet in details, benoemt  hoofdzaken | legt consequent logische verbanden, soms op basis van andere aanvullende theorieën, concepten.| Beargumenteert verbeterpunten via navolgbare redeneerlijnen
3.     Idem als 2 + levert een overtuigende beargumentering van de verbeterpunten, op basis van een integrale analyse van zowel theoretische inzichten als  empirische gegevens. | beschrijft helder de Zone van naaste ontwikkeling van de school) |Onderbouwt opvattingen consequent m.b.v. theorieën en concepten.

Level: 1/2/2
Toelichting: ik zie hoofdzakelijk constateringen op uitvoeringsniveau. Strategisch en beleidsmatig zie ik weinig analyses.
Jouw analyses zijn helder. Je hanteert duidelijk bronnen. Het lijkt erop zoals je de bronvermelding nu hebt gepositioneerd dat deze te maken heeft met de conclusies en discrepanties waardoor het kan lijken dat je conclusies geknipt en geplakt hebt. Gelukkig heb je er een sterke- en zwakte analyse bij gemaakt waaruit ik op kan maken hoe jouw denklijn is geweest. Bewijsstukken horen thuis in de kolom attained.
Jammer vind ik -en je geeft dat zelf ook aan- dat jouw eigen afdeling nagenoeg niet expliciet (met bewijsvoering) in beeld komt. Het had jouw analyse een stuk sterker gemaakt en had bovendien mogelijk ideeën voor een herontwerp eruit kunnen halen. Kansen hiervoor waren o.a. een gepland overleg van jou met een aantal collega’s een interview, een vragenlijst etc. Ook mis ik mogelijk daardoor die onderdelen waarop jij de focus wilt gaan leggen.
Verder valt het me op dat het aspect communicatie bij meerdere items zwakt scoort, ook concludeer je dat de visie nog opgesteld moet worden. Als ik het naar het filmpje kijk en luister naar de directeur dan lijkt het me eerder dat de visie niet doorleefd en nageleefd wordt dan dat die niet opgesteld is.  Ook kan het zijn dat de visie nog onvoldoende geoperationaliseerd is zodat niet helder is waaraan precies gewerkt moet worden. Ik mis in de analyse uitspraken over de wijze waarop jullie als team leren, betrokken zijn bij innovatieprocessen en hoe jullie je passie gezamenlijk delen en verbeteracties opstellen, naleven en borgen; m.a.w. hoe ziet de leer- en verandercultuur op jullie afdeling eruit en wat zijn kansen en bedreigingen?
4. Communicatie,  presentatie:
Communiceert met verschillende doelgroepen



1.     Voldoet niet, nauwelijks aan basale eisen van vormgeving | formuleringen niet to the point| visualisatie draagt nauwelijks bij aan het inzichtelijk maken van de stand van zaken op de school
2.     Analyses en presentaties hebben een duidelijke opbouw en structuur, die wordt ondersteund door de vormgeving | formuleringen zijn helder| visualisatie geeft een compleet beeld
3.     Analyses zijn kernachtig verwoord; ‘to the point’ formuleringen, bevat logische redeneringen die voor zowel leken als experts navolgbaar zijn | visualisatie is aantrekkelijk, draagt bij aan het vergroten van inzicht voor de lezer/ kijker


Level:2/2
Toelichting:
Jouw visualisatie richt zich op alle aspecten van het model. De inhoud is –afgezien van de kop en de staart- een herhaling van opdracht A van de curriculum analyse. Je had naar mijn idee de sterkte en de zwaktes t.a.v. deze onderdelen wat sterker onder de loep kunnen nemen. Ook vind ik dat de sector waarin jij werkzaam bent wat sterker onder het voetlicht gebracht had kunnen worden zoals ik al eerder aangegeven heb.



5. eindoordeel
Geef een totaaloordeel m.b.t. het product curriculumanalyse, deel A,B,C
O/VG:
2/3
Toelichting: (Wat was doorslaggevend in je eindoordeel?)
Ik heb genoten van hoge analysegehalte en de overzichtelijk waarin je een en ander verwerkt hebt. Hoewel ik er wel een vergrootglas bij nodig had ;) .
* 1= onvoldoende, 2= voldoende, 3= goed

woensdag 2 maart 2016

Stephen Covey, een zeer inspirerende man


Klik voor de film op het woord LINK

Presentatie Curriculum analyse deel C


Klik voor de presentatie op het woord link

Analyse deel B: Inhoudelijke analyse curriculum Middenkader Engineering

Analyse van het curriculum met behulp van Van den Akker

1.1    Missie en Visie van ROC Leeuwenborgh

De snel veranderende wereld en maatschappij zijn voor ROC Leeuwenborgh aanleiding geweest voor het schrijven van een meerjaren strategisch beleidsplan. In dit beleidsplan “Leeuwenborgh maakt het verschil (LMHV)” heeft de organisatie hoge ambities, een duidelijke visie en een goede focus, die zich toespitst op gepersonaliseerd leren en een eigentijds curriculum.

1.2    Leerdoelen

Op macroniveau kent het Kwalificatiedossier MBO Middenkader Engineering Crebonr. 23119, naast de beroepsgerichte specifieke kwaliteitsleerdoelen, ook generieke kwalificatieleerdoelen. Op meso- en microniveau is gepersonaliseerd maatwerk gewenst. De deelnemersraad vindt bijvoorbeeld dat elke les lesdoelen met meerwaarde moet hebben die aan de deelnemers duidelijk kunnen worden gemaakt. In het stuk “Informatiedossier en beoordelingsstructuur” staan duidelijke werkprocessen, kerntaken en te behalen competenties per vak, leerjaar en blokperiode geformuleerd.

1.3    Leerinhoud

Bij ROC Leeuwenborgh wordt het curriculum opnieuw vormgegeven. De leerling wil duidelijke lesdoelen en wil graag meer leerdoelvrijheden. De sector Techniek gaat daarom het “Four Components Instructional Design (4C/ID-model)” van (Merriënboer) gebruiken. Hierdoor wordt de programmering van de leerinhoud op mesoniveau herschikt. Op microniveau ontstaan extra mogelijkheden om leerstof voor leerlingen te verdiepen of te verbreden. De eenentwintigste eeuwse vaardigheden moeten extra aandacht krijgen, want de leerinhouden die hierop aansluiten zijn op teamniveau nog niet geformuleerd.


1.4    Leeractiviteiten

De leerling wordt op microniveau onvoldoende getriggerd om het zelfbewustzijn te ontwikkelen. Het zelfbewustzijn kan ontwikkeld worden door te reflecteren op het eigen leertraject. Verschillen in didactische aanpak vinden sommige leerlingen storend. Ondanks dat veel leerlingen binnen een leeractiviteit coöperatief leren als leerzaam ervaren, wat versterkt wordt door een hoge vorm van keuzevrijheid en flexibiliteit, is deze vorm van onderwijs nu nog niet mogelijk. “Autonomie verhoogt motivatie” (Van Oerle) laat zien dat leerlingen de leeractiviteit en leerinhoud zelf willen bepalen, met een goede begeleiding.

1.5    Docentrollen

Een goede persoonlijke leerlingbegeleiding is het meest efficiënt tijdens een mentorles. Leerlingen vinden het fijn een goede leerbegeleiding te krijgen met feedback, feedup, feedforward (Hattie & H Timperley, 2007). Omdat het een gevoelige vertrouwensband is tussen leerlingen en mentordocent wil een leerling de mentor kunnen kiezen. Van docenten wordt verwacht dat ze leerprocessen gaan faciliteren in plaats van directe kennisoverdracht te verzorgen. Dit vraagt om een nieuwe coachende docentenrol. Vanuit het visiestuk “(LMHV)” wordt verwacht dat de professional meer “Informatie Technologie (IT)” gaat gebruiken. Om dit mogelijk te maken is een professionaliseringstraject opgestart dat verzorgd wordt door de Leeuwenborgh Academy.

1.6    Bronnen en materialen

Leerlingen vinden het fijn met een papieren boek te kunnen werken. Toch werkt een leerling ook graag in een elektronische leeromgeving (elo) om opdrachten en toetsen te kunnen maken.
(LMHV) heeft als doel een veelheid aan mogelijkheden aan te bieden om lessen te kunnen volgen: blended learning, online colleges, modulaire combinaties (digitaal, groepswerk, individueel). ICT geletterdheid, hogere orde denkvaardigheden en vaardigheden om levenslang te kunnen en willen leren zijn nog niet opgepakt (Simons, van der Linden & Duffy, 2000).

1.7    Groeperingsvormen

Leerlingen vinden het niet fijn als ze samenwerken met leerlingen die regelmatig afwezig zijn. Dit kan paradoxaal extra absentie in de hand werken. Bij het projectmatig coöperatief leren kunnen leerlingen volgens het sociaal constructivisme zelf betekenis geven aan het construeren van kennis (Shuel, 1988). Helaas zijn op mesoniveau de roostering en de leermiddelen nog niet op orde. Leerlingen willen bovendien ook meer feedback kunnen geven op de gekozen leermiddelen.

1.8    Leeromgeving

De deelnemersraad constateert dat de ICT-basiskwaliteit op orde is, een gebruikersvriendelijke digitale leeromgeving laat echter nog op zich wachten. Leerlingen willen graag een goed ingericht, betekenisvol lokaal, dat minder saai is. Op dit moment wordt met deze wens nog niets gedaan. De maximale groepsgrootte voor de normale theorielessen moet worden gelimiteerd. Het is ook noodzakelijk de lokalen aan de behoeften van de leerling aan te passen.

1.9    Tijd

De student vindt een betere afstemming tussen de BPV organisatie en het onderwijs belangrijk. De communicatie over deze afstemming is voor verbetering vatbaar. Ook constateert de studentenraad dat de regelmatige lesuitval niet voldoende adequaat door de directie wordt opgepakt. De effectieve leertijd wordt door studenten als zeer laag ervaren, dit moet verbeterd worden.

1.10   Toetsing

Van de generieke vakken wordt het niveau (B1) Engels te hoog getoetst. De proeve van bekwaamheid is onvoldoende betrouwbaar, een verbeteractie heeft ertoe geleid dat dit wordt aangepast. Voor deze generieke vakken is nu een goede planning gemaakt. Het percentage leerbedrijven in de Euregio moet omhoog gebracht worden naar 20% (LMHV). Meer maatwerk is mogelijk doordat studenten werken aan een persoonlijk portfolio dat aansluit op het ontwikkelingsniveau.

Bronnen


Curriculumanalyse DEEL B

De inhoudelijke curriculumanalyse van Middenkader Engineering met uitstroomkwalificatie Technicus engineering, crebonr. 25297 ten behoeve van de Samenwerkingsschool Techniek (SST)
kunt u lezen aan de hand van vijf vragen.

Vraag I: Welke leerlijnen/leerdoelen herken je?
Binnen de afdeling werktuigbouwkunde wordt het kwalificatiedossier “Middenkader Engineering niveau 4” gebruikt om zowel de generieke als de vakinhoudelijke leerdoelen vorm te geven. De generieke vakken Loopbaan en Burgerschap, Nederlands, Engels en Rekenen worden landelijk getoetst met behulp van centraal ontwikkelde examens (COE). Het examen bestaat voor ieder onderdeel van de beroepsopleiding uit een instellingsexamen of een centraal examen dan wel beide. Het instellingsexamen van het beroepsspecifieke deel zijn de “Proeven van bekwaamheid (PVB’s)” die in leerjaar vier worden afgenomen. De voorbereidende leerjaren kennen overgangsnormen waaraan studenten alleen door het maken van toetsen en werkstukken kunnen voldoen. De generieke vakken kennen in deze voorbereidende leerjaren wel examens. De leerdoelen en de leerlijnen van de beroepsspecifieke vakken en de beroepspraktijkvorming (BPV) staan beschreven in de leerplannen Unit Techniek.

Vanuit het bewustzijn dat kwalificatieleerdoelen niet voldoende dekkend zijn, ontstaat het besef dat succesvol functioneren in de eenentwintigste eeuw nieuwe vaardigheden vereist. Dit komt door de recente technologische ontwikkelingen. Met behulp van projectmatig werken wil de afdeling werktuigbouwkunde hierop inspelen. Benodigde conatieve vaardigheden zijn jezelf kennen en beheersen en begrijpen van interactie met anderen (Marzano & Heflebower, 2012).

Vraag II: Naar welke leerdoelen leiden deze leerlijnen?
De beroepsspecifieke leerlijnen leiden de student op tot een beginnend beroepsbeoefenaar MBO niveau 4. Hiervoor is in het kwalificatiedossier het volgende profiel ontwikkeld met de volgende kerntaken voor de Technicus Engineering: ontwerpt producten of systemen, begeleidt werk, bereidt werk voor, begeleidt onderhoudswerk. Per vak zijn per leerjaar, per blokperiode, doelen geformuleerd, die zijn vastgelegd in de leerplannen Unit Techniek.

De leerdoelen voor de generieke vakken staan beschreven in de “Bijlage 3 -Studierichtlijnen AVO - 15-10-14”.

Vraag III: Welke integratie of samenhang van leerdoelen zie je?
Bij het samenwerken in projecten en bij de proeven van bekwaamheid worden alle vakken geïntegreerd, zodat leerlingen binnen een reële beroepspraktijksituatie leren te functioneren als beginnend beroepsbeoefenaar. Bij de aanvang van het nieuwe schooljaar wordt gestart met het 4C/ID-model. Speerpunt binnen dit model is scaffolding. Dit wil zeggen dat makkelijke leerdoelen oplopen naar moeilijke, waarbij de docent ondersteunend werkt maar in tijd deze ondersteuning afbouwt. Daarnaast zijn de betekenisvolle leerdoelen gevarieerd. De leerling werkt vanaf het begin in een reële beroepspraktijksituatie, waarbij een leertaak vooral is gericht op het ontwikkelen van de beheersing van de beroepstaak, taak of competenties.


Vraag IV: Hoe komen deze leerdoelen in het primaire proces van jouw groep(en)/leerjaren terug?
(e.g. methoden, contractwerk, vakken en leermiddelen)?
Studenten worden in leerjaar een en twee ontwikkelingsgericht beoordeeld.
In leerjaar drie en vier worden ze kwalificerend beoordeeld, waarbij kerntaken, competenties en werkprocessen getoetst worden. De leermiddelen die hiervoor gebruikt worden zijn een complete serie werkboeken, kernboeken en een tabellenboek van “TransferW” voor Werktuigbouwkunde niveau 4. Het leerproces wordt gestuurd vanuit het werkboek. De werkboeken bevatten voorbeeldopdrachten met uitwerkingen, vragen, opdrachten, samenvattingen en per hoofdstuk een zelftoets.

De beroepsgerichte theorievakken die gedurende de opleiding worden gegeven zijn: wiskunde en natuurkunde, gereedschappenleer verspanen, gereedschappenleer niet verspanen, materialenleer, constructieleer A/B/S, flexibele productieautomatisering, montage en onderhoud, bedrijfskunde.

De beroepsgerichte praktijkvakken die gedurende de opleiding worden gegeven zijn: vaktekenen, Autocad, Inventor en CAM, verspanen en niet-verspanen, materialen, montage en onderhoud, beroepspraktijkvorming (BPV). De Beroepspraktijkvorming (BPV) gedurende de eerste jaren heeft een oriënterend karakter. In semester acht heeft de BPV een afstuderend karakter en vindt deze zo veel mogelijk plaats in de sfeer van het toekomstig beroep.

Het programma van de generieke vakken is terug te vinden in “Bijlage 3 -Studierichtlijnen AVO - 15-10-14”.

Vraag V Welke sterke punten herken je?
Voor de sterke en zwakke punten verwijs ik naar bijgaand document.

Bronnen


Curriculum analyse A

Curriculaire analyse deel A Van den Akker
Niveau
Basisvisie
Intended
Implemented
Attained
Discrepantie
Hyper link
Micro
Privacy deelnemers verzekeren
Verzekeren
Procedureel in orde
Resultaten worden breed bekend gemaakt.
Procedure is bekend
A
Meso
Bijscholing docenten
Verplichte inhoudelijke en pedagogische bijscholing
Professionaliseringstrajecten bij Leeuwenborgh Academy
Gedeeltelijk gerealiseerd
Bijscholingsuren worden onvoldoende gebruikt om te professionaliseren.
A
Meso
Deelnemersraad
Gesprekspartner van het College van Bestuur
Is gerealiseerd.
Regelmatig overleg tussen deelnemersraad en CVB
Het CVB luistert maar komt nog te vaak de wensen van de deelnemersraad niet na.
A
Meso
Gemeenschappelijke teamvisie
Hedendaagse gemeenschappelijke onderwijsvisie met duidelijke koers
Door het ervaren van werkdruk niet gerealiseerd.
Groepen van constateringen in het auditverslag.docx
Geconstateerde procesafwijkingen auditrapport moeten worden opgepakt.
B
Meso
Gemeenschappelijke teamvisie
Meer teamvisie en teamprofessionaliteit
Verandering van team attitude
Teamtraining om communicatie te verhogen
Communicatie verbeteren. Het team moet een gezamenlijke visie ontwikkelen.
B
Meso
Maatwerk verhogen
Aansluiten op niveau en talenten van leerlingen
Loopbaanportaal speelt al gedeeltelijk in op gepersonaliseerd leren.
Ondersteunende leerlingbegeleiding
Binnen het team doen we dit nog niet.
C

Leerdoelen





Micro
Duidelijke lesdoelen
Elke les moet meerwaarde hebben en die moet aan de deelnemers duidelijk kunnen worden gemaakt (lesdoelen).

Lesplannen
Lesplannen en toetsplannen zijn gemaakt.
Leerlingen kunnen nog niet bij de informatie.
A
Micro
Leerdoelvrijheid
Leerling kan leerdoelen modulair inrichten.
Niet opgestart
Ambitieuze leerdoelen over vier jaren realiseren.
Op dit moment heeft de leerling geen keuzevrijheid.
C

Leerinhoud





Micro
Succesvol persoon, burger en vakvrouw worden
Alles zelf kunnen bepalen/ sturen.
Niet
Niet
Wordt ontwikkeld.
D
Meso
Programmering
Samenhang tussen de beroepsgerichte vakken en de generieke vakken
Gedeeltelijk invoeren van projectonderwijs
Generieke vakken zijn minimaal geïntegreerd
Inrichting generieke vakken bij de opleiding is gebaseerd op een beleidsbeslissing van de sector Techniek.
E

Leeractiviteit





Micro
Reflecteren op eigen leertraject.
Zelfbewustzijn ontwikkelen door te reflecteren op eigen leertraject.
Niet
Niet
Invloed leerling op eigen leertraject is nihil.

C
Meso
Flexibel kunnen leren, individueel of coöperatief
Individueel, met andere leerlingen, met docenten, met bedrijfsleven
Op basis van projecten is een begin gemaakt.
Niet
Hoge vorm van keuzevrijheid en flexibiliteit is nu niet mogelijk.
C

Docentrollen





Meso
Docenten faciliteren leerprocessen.
Docenten krijgen ruimte om te experimenteren met nieuwe werkvormen en nieuwe media en digiborden
De Leeuwenborgh Academy geeft diverse professionaliseringscursussen. Onderwijsmiddelen gekocht.
Digiborden maken werken met nieuwe media mogelijk.
Het faciliteren van leerprocessen kan verder ontwikkeld worden.
C








Leerbronnen en leermiddelen





Micro
Beroepsspecifieke vakken op leerlingniveau
Theorieboeken gebruik van de Tr@nsfer W-reeks.
Tr@nsfer W-reeks
Tr@nsfer W-reeks
Geen, leerlingen vinden het fijn om met een boek te kunnen werken.
E
Micro
Generieke vakken op leerlingniveau
Blended learning concept van de taal- en rekenblokken.
Elektronische leeromgeving (elo) opdrachten en toetsen kunnen maken.
Geen, leerlingen vinden mixvorm fijn.
Goed uitgevoerd
G

Groeperingsvormen





Micro
Groepswerken
Projectmatig coöperatief leren
Projectonderwijs is ingevoerd.
Projectonderwijs wordt gedeeltelijk uitgevoerd.
Projectmatig coöperatief leren is nog niet voldoende uit de verf gekomen. De roostering en de middelen zijn nog niet op orde(genoemd in wekelijkse teamoverleg).
Geen
Micro
Feedback geven op faciliteiten
Meer leerlinginvloed door het geven van feedback op de faciliteiten
Niet
Niet
De invloed van de leerling op het geven van feedback is vooralsnog nihil.
A








Leeromgeving





Meso
Roostering
Stabiel rooster,  m.b.t. de afstemming van lokalen op groepsgrootte en werkvorm.
Roosterbureau maakt roosters
Dagelijks sterk wisselend rooster.
Door het onstabiele rooster ontstaat regelmatig chaos en leerlingfrustratie
A
Meso
Lokalen
Aantrekkelijk inrichting
Niet
Niet
Leerling wil graag een goed ingericht, betekenisvol lokaal, minder saai
A

Tijd





Meso
Beroepspraktijkvorming
Goede organisatorische afstemming
Bureau werk en stage en de afdelingen stemmen de stagebedrijven af.
Een goede communicatie vindt onvoldoende plaats.
Beter afstemming organisatie BPV en onderwijs
A
Micro
Netto leertijd
lestijd is 100% leertijd
Rooster wordt gevolgd
100% leertijd is niet mogelijk.
Docenten moeten veel administratie en andere zaken regelen, hierdoor wordt de lestijd slecht benut
A

Toetsing





Macro
Nederlands
kwalificaties op niveau 4: 3F.
kwalificaties op niveau 4: 3F.
kwalificaties op niveau 4: 3F.
Geen
F
Macro
Rekenen
kwalificaties op niveau 4: 3F.
kwalificaties op niveau 4: 3F.
kwalificaties op niveau 4: 3F.
Geen
F
Macro
Engels
referentieniveaus: lezen en luisteren: B; Schrijven, spreken en gesprekken voeren: A2
Als Intended.
Processen zijn geborgd
Geen
F
Macro
keuzedelen
Kunnen kiezen van keuzedelen.

Niet mogelijk
Een student kan op dit moment nog geen keuzedeel selecteren/ kiezen.
F
Meso
Dekking van het kwalificatiedossier
PVB's toereikend examineren op de werkprocessen en competenties
Verbeteracties doorgevoerd
De verbeteracties leveren onvoldoende resultaat
De proeve van bekwaamheid is onvoldoende betrouwbaar.
E
Meso
Leerbedrijven Euregio
20% van de leerbedrijven komt uit België en Duitsland
5%^gerealiseerd
Niet
Percentage fluctueert, moet nog worden opgepakt.
C